Lachgas en andere vluchtige stoffen. Een nieuwe Druglijnfolder over een vluchtig fenomeen.

De voorbije jaren duiken regelmatig signalen op over het misbruik van bijvoorbeeld lachgas of aanstekergas. De ene keer worden lege ampules op openbare plaatsen gevonden, de andere keer haalt een spijtig ongeval de pers. Toch zijn dit soort stoffen geen nieuwe drugs. Ze behoren tot een hele reeks chemische, snel verdampende stoffen die op een bepaald moment een zekere populariteit verwerven als roesmiddel, maar vaak even snel weer uit de aandacht verdwijnen. Hoog tijd voor een folder die het fenomeen helpt plaatsen.

Een verhaal apart

Met hun vluchtigheid heeft het waarschijnlijk weinig van doen, maar het lijkt vaak moeilijk om grip te krijgen op de mate waarin het gebruik van vluchtige snuifmiddelen voorkomt of aan populariteit wint. Het is in elk geval geen nieuw fenomeen. Al in de negentiende eeuw was het gebruik van ether populair, en werd lachgas zelfs een attractie op de kermis. In de jaren vijftig van vorige eeuw kwam het snuiven van lijm onder de aandacht. Iedereen kent ook de beelden van benzinesnuivende straatkinderen. Wie in de jaren tachtig op de schoolbanken zat, herinnert zich nog de toenmalige commotie over correctorvloeistof. Tien jaar terug deden zich dan een aantal spijtige ongevallen voor met aanstekergas. En de voorbije jaren lijkt lachgas weer aan populariteit te winnen.

De rode draad in het verhaal is dat het telkens gaat om gemakkelijk beschikbare stoffen die - na inademing van de dampen en/of door het zuurstofgebrek dat ze in de hersenen veroorzaken - een dronken roes uitlokken.

Allesbehalve zonder gevaar

De alledaagsheid van deze stoffen betekent niet dat het gebruik ervan zonder gevaar is. Een stuk uitgesprokener dan bij veel andere drugs zijn de risico’s op het moment van het gebruik en door de manier van gebruiken. Denk bijvoorbeeld aan zuurstoftekort, bewusteloosheid, ongevallen door duizeligheid, brand- of vrieswonden. Buitenlands onderzoek maakt duidelijk dat er jaarlijks meerdere ongevallen en overlijdens te betreuren zijn door het gebruik van dit soort stoffen.

Op lange termijn is het gebruik ronduit toxisch en kan de orgaan- en zenuwschade aanzienlijk zijn. Gelukkig komt langdurig en/of afhankelijk gebruik niet zo vaak voor.

Gericht informeren

Typisch bij deze stoffen is dat gebruikers soms jonger zijn dan zij die met tabak, alcohol of illegale drugs gaan experimenteren. De reden daarvoor is dat de beschikbaarheid voor een jonge puber vaak groter is dan die van tabak of alcohol. Het zijn tenslotte stoffen waarvan iedereen er wel een aantal in huis heeft en die ook gewoon in de winkel kunnen aangekocht worden.

Net om die redenen is het ook aangewezen om zorgzaam en op maat te informeren over lachgas, aanstekergas en andere vluchtige snuifmiddelen. Hoe jonger potentiële gebruikers, hoe vatbaarder zij kunnen zijn voor experimenteergedrag en groepsdruk. Denk maar aan de vele ‘challenges’ die zich de voorbije jaren via social media razendsnel verspreidden. Waar nodig, is informeren en sensibiliseren uiteraard nodig. Maar dat gebeurt best gericht en in de juiste proportie. Onbedoeld hypes onder de aandacht brengen, kan een ongewild ‘aanzuigeffect’ (what’s in a word?) hebben. De nieuwe folder in de reeks ‘Meest Gestelde Vragen’ hoopt alvast een bijdrage te leveren.

Kijk bij 'Gerelateerde materialen' hieronder, om de brochure te bestellen of downloaden.

Tom Evenepoel
Coördinator De Druglijn